Er is nieuws over de wijziging van de overdrachtsbelasting! Omdat dit wellicht belangrijk is voor uw besluit bij het aankopen of verkopen, wijden we er deze nieuwsbrief geheel aan. Want er is flink over de gediscussieerd in de Tweede Kamer en na de wijziging van het oorspronkelijke voorstel is het wetsvoorstel aangenomen. Het wetsvoorstel is nu naar de Eerste Kamer gestuurd. We zetten in deze nieuwsbrief op een rij wat nu de stand van zaken is.
1. startersvrijstelling
Een koper die tussen de 18 en 35 jaar is, kan zonder het betalen van overdrachtsbelasting eigenaar worden van een woning. Dit wordt de ‘startersvrijstelling’ genoemd. Deze startersvrijstelling kan één keer worden gebruikt, alleen of samen met je partner. Is een van beiden 35 jaar of ouder maar de ander niet, dan kan alleen de jongere partner de vrijstelling gebruiken.
In de periode van 1 januari 2021 tot 1 april 2021 maakt het niet uit hoe hoog de koopsom van de woning is. Na 1 april 2021 is er een maximum van 400.000 euro. Heeft de woning die wordt gekocht een koopsom die lager is dan 400.000 euro, dan hoeft er geen overdrachtsbelasting betaald te worden. Is de koopsom hoger dan dat bedrag, dan wordt er 2% overdrachtsbelasting betaald over de hele koopsom. Het moment waarop de koper eigenaar wordt, is beslissend.
Een voorbeeld:
Vincent en Sabine kopen een woning van 425.000 euro. Ze worden beiden als starter gezien maar omdat ze voor 1 april 2021 eigenaar worden van de woning betalen ze geen overdrachtsbelasting.
Hetzelfde voorbeeld maar nu is Vincent 36 en Sabine 32 jaar oud. Alleen Sabine wordt dan als starter gezien. Ze worden ieder voor de helft eigenaar van de woning. Sabine’s deel (212.500 euro) is zonder overdrachtsbelasting, Vincent betaalt 2% overdrachtsbelasting over 212.500 euro.
2. beleggers en ondernemers
• kantoorvilla kopen: Als je een kantoorvilla op het oog hebt waarvoor nu het 2%-tarief geldt, kan het interessant zijn vanuit het perspectief van de overdrachtsbelasting deze nog in 2020 te kopen en bij de notaris te laten overdragen. Nu wordt er namelijk over een kantoorvilla 2% aan overdrachtsbelasting betaald als die – kort en eenvoudig gezegd - ook als woning gebruikt zou kunnen worden. Eigenaar worden van een kantoorvilla in 2021 kost altijd – of die nu een woning is geweest of niet – 8% aan overdrachtsbelasting.
• aandelen in een vastgoed-B.V. kopen: In een aantal gevallen moet er overdrachtsbelasting worden betaald als er aandelen worden gekocht in een B.V. waarin onroerend goed zit. Dit kan nu nog tegen een tarief van 2% of 6%. Vanaf 2021 zou dat altijd 8% zijn.
• beleggingsobjecten kopen: Voor beleggers in onroerend goed geldt het volgende. Als er nu woningen worden gekocht, met het doel deze te verhuren of ze zijn al verhuurd, dan betaalt een belegger het 2%-tarief. Dit zou volgend jaar 8% zijn.
• herinvesteringsreserve: Voor de ondernemers die winst hebben gemaakt met de verkoop van een bedrijfsmiddel. Dan kan een herinvesteringsreserve zijn gevormd zodat er voorlopig geen belasting over de winst betaald hoeft te worden. Deze reserve moet binnen drie jaar worden geherinvesteerd in een ander bedrijfsmiddel. Een voorbeeld: een ondernemer verkoopt in 2018 een bedrijfspand met winst. Deze winst valt onder de herinvesteringsreserve. Als de ondernemer de herinvesteringsreserve wil gebruiken om woningen te kopen, op te knappen en vervolgens te gaan verhuren, dan betaalt de ondernemer in 2021 8% over de waarde van deze woningen in 2020 maar 2%.
Ondernemers die juist tot 2021 zouden moeten wachten (als dat kan):
Als er een bedrijf wordt overgedragen binnen de familie dan geldt er vaak een vrijstelling voor de overdrachtsbelasting. Over het tot het bedrijf behorende onroerend goed hoeft dan dus geen overdrachtsbelasting te worden betaald. Bij de overdracht van het bedrijf van de ouders aan een kind, wordt in sommige gevallen ook het woonhuis van de ouders overgedragen. Bijvoorbeeld als de ouders naast het bedrijf wonen en de bedrijfsopvolger daar wil gaan wonen nu deze het bedrijf gaat leiden. Er geldt dan een vrijstelling voor het onroerend goed van het bedrijf (bedrijfspand, percelen grond e.d.) maar niet voor het woonhuis. Kan het kind als starter worden gezien en er is geen spoed bij de bedrijfsoverdracht, dan kan er worden overwogen om de bedrijfsoverdracht tot 2021 uit te stellen. Mocht de gewijzigde wet ook door de Eerste Kamer zijn aangenomen dan kan het kind de woning namelijk zonder overdrachtsbelasting van de ouders overgedragen krijgen.
3. tweede huis in Nederland en recreatiewoning
Degenen die besluiten in 2021 een tweede huis in Nederland of een recreatiewoning te kopen, gaan meer aan overdrachtsbelasting betalen, namelijk 8%. Voor een tweede huis in Nederland is dat op dit moment nog 2%. Over een huis dat je koopt voor een studerend kind, wordt voortaan ook het tarief van 8% gerekend terwijl dat nu nog 2% is.
4. van economische eigendom naar juridische eigendom
Tot halverwege de jaren negentig was het mogelijk om zonder overdrachtsbelasting onroerend goed over te dragen aan een ander zonder dat er overdrachtsbelasting betaald hoefde te worden. Er zijn ouders die destijds gebruik hebben gemaakt van deze mogelijkheid om hun woning op naam van de kinderen te zetten terwijl de ouders in de woning bleven wonen. Deze ouders zijn juridisch eigenaar van de woning gebleven. In sommige omstandigheden kan het belangrijk zijn dat het kind/kinderen ook de juridische eigendom krijgen. Bijvoorbeeld als de ouders naar een andere woning gaan en het kind/kinderen het huis willen gaan verhuren. In dat geval is het te overwegen om nog in 2020 de Netwerknotaris te laten kijken naar de situatie omdat het scheelt aan overdrachtsbelasting ten opzichte van 2021.
Tot slot
Zoals gezegd moet het wetsvoorstel nog door de Eerste Kamer worden aangenomen. We zien in onze praktijk dat er cliënten zijn die hun plannen willen wijzigen. Vanzelfsprekend willen we u bij het wijzigen van uw plannen zo goed mogelijk helpen. Wilt u er echter wel rekening mee houden dat naar het einde van het jaar de agenda’s vol lopen. En het gaat niet alleen om onze agenda maar als er bij uw plannen een bank betrokken is houdt u er dan s.v.p. rekening mee dat banken vaak vaste termijnen hanteren.